Meer of minder smartphone? 19 september 2019 Door A.J. (Albert-Jan) den Butter en J.J. (Sjaak) Jacobse

De smartphone is nogal in het nieuws de laatste tijd. Onder andere het Calvijn College in Zeeland vroeg ouders en docenten naar hun mening. De overgrote meerderheid van beide groepen vond dat de smartphone in de ban gedaan moest worden. En dat gaat per 1 januari 2020 ook gebeuren. De reacties buitelden over elkaar heen. De één vindt het betuttelend, de ander vindt het moedig.

De NOS bericht geregeld over wat er nu toch aan de hand is met onze smartphoneverslaving.

  1. Op 6 juli kwam er een artikel online waarin kinderen werden bevraagd over het smartphonegebruik van hun ouders. De meningen van de kids logen er niet om.
  2. 28 juli werd er een bericht geplaatst van een zomerkamp zonder mobiele telefoons. Het was, voor zowel ouders als kinderen, niet makkelijk, maar wat hebben veel kinderen genoten van de èchte contacten die ze aan het kamp over hebben gehouden.
  3. Ook het verkeer kwam aan bod. In West-Brabant reed een week lang een bus rond met politieagenten. Wat bleek: bijna 400 boetes voor het gebruik van de smartphone achter het stuur!
  4. Recent plaatste NOS Stories een filmpje op Youtube waarin haarfijn uitgelegd wordt hoe de Instagram-verslaving werkt.
Vreemd is het dus niet dat veel ouders en docenten de smartphone uit de school willen weren. Sterker nog: hoeveel ouders zouden niet graag zien dat de smartphone ook thuis een minder prominente gast in het gezin was? Jongeren en ouderen blijken ècht moeite te hebben met het reguleren van het smartphonegebruik.

“Maar ja, het is zo handig. Je zou toch bijna niet meer zonder kunnen?” We denken inderdaad niet meer zonder te kunnen. Zowel docenten, ouders en leerlingen checken geregeld hun berichten, kijken hoe laat de bus of trein vertrekt, willen weten wat het laatste cijfer van de toets was, hoe het lesrooster er voor vandaag uit ziet en hoe laat de maaltijd op tafel kan. Daarnaast zijn er ook veel goede educatieve toepassingen te bedenken waarbij de smartphone wordt ingezet. En moeten we er dus maar aan wennen?

De oplossing is niet eenvoudig. Het is te simpel door alleen in te steken op ‘weren’, maar evenzeer is het naïef om door te gaan met gedogen. Het smartphonegebruik stopt niet als de leerling de school uit loopt. Sterker nog, dan barst de stroom pas echt los. Helaas blijft het dan niet bij Instagram en WhatsApp, maar schreeuwen ook Netflix, Youtube, Fortnite en Snapchat om de aandacht. Ze sluiten daarbij naadloos aan op ons diep verlangen om gezien te worden, verbonden te zijn, ergens bij te horen, verwondering te delen, inspirerende dingen te doen. Wat jongeren digitaal doen is niet anders dan wat hun ouders en opvoeders op andere gebieden ook laten zien: leven in twee werelden en schipperen tussen ‘leuk’ en ‘principeel’.

Daarom gaat het in de smartphone-discussie wel over de essentie van vormen: dat doe je door langdurig schaven en schuren. Het nemen van maatregelen is moedig én nodig, maar is maar één kant van de medaille. Wie alleen insteekt op reguleren van gedrag mist de kern: vorming van de persoonlijkheid. Juist rondom schurende thema’s is het nodig om steeds weer in gesprek te gaan over ‘wel weten’ en ‘niet doen’, over onze diepste verlangens en het surrogaat dat deze mediasamenleving hiervoor biedt.

Met de methode Stapp stimuleert Driestar educatief dit vormende gesprek op po- en vo-scholen om zo kinderen en jongeren te vormen met betrekking tot het omgaan met nieuwe media als christen. Uiteraard zetten we niet alleen in op leermiddelen, maar ook op de opvoeder en opvoedomgeving. Wil je met je team écht werken aan mediavorming? Nodig ons uit!