Opleiden in de school werkt 26 januari 2017 Door Drs. L.N. (Rens) Rottier

Aankomende docenten opleiden in de beroepspraktijk is een goed concept. Dat is de conclusie van een langdurig vergelijkend onderzoek van de Rijksuniversiteit in Groningen naar de effecten van Opleiden in de School. Rens Rottier stelt de vraag hoe het komt dat dit werkt.

Ook binnen Driestar hogeschool ervaren we dat studenten baat hebben bij een leeromgeving waarin de opleiding en de school samenwerken bij het opleiden en verder professionaliseren van beginnende docenten. Daarom zijn we blij met de samenwerking binnen opleidingsscholen. 

Uitval aan het begin

In Nederland worden leraren opgeleid op lerarenopleidingen binnen hogescholen en universiteiten. Onderdeel van hun studie zijn praktijkstages om het vak van leraar te oefenen in de praktijk. Ondanks deze stages ervaren veel studenten na afronding van de lerarenopleiding een praktijkschok. Juist in hun eerste jaar zijn leraren kwetsbaar en is de kans op uitval en vertrek groot. Om dit te voorkomen hebben we ondertussen een andere vorm van opleiden uitgevonden: Opleiden in de School. De school en de opleiding werken daarin nauw samen en voelen zich samen verantwoordelijk voor de opleiding van aankomende leraren. De bedoeling is om de kloof tussen theorie en praktijk te overbruggen door de leraar zoveel als mogelijk is in de echte beroepscontext op te leiden. 

Gecertificeerde schoolopleiders

Het idee van dit concept is dat op de school waar de leraar in opleiding werkt veel ruimte geeft voor persoonlijke ontwikkeling. De docent wordt niet te snel belast met vaste taken, maar er wordt tijd gemaakt voor goede begeleiding door schoolopleiders. Een school moet voldoende gecertificeerde schoolopleiders in dienst hebben om als opleidingsschool te kunnen fungeren. Deze lerarenbegeleiders nemen een deel van de opleiding over en het is van groot belang dat dit kwalitatief goed gebeurt. Nog steeds blijkt dat meest effectieve leraren goed opgeleide leraren zijn. Goede opleiding is de beste garantie voor blijven werken in het onderwijs.

Opleidingsschool

Ons eigen ministerie van onderwijs stimuleert deze ontwikkeling door forse subsidies toe te kennen voor initiatieven om tot Opleiden in de School te komen. Bij de pabo van Driestar hogeschool heet dat SAMEN OPLEIDEN, afgekort tot SAM. Een op de vijf pabo voltijd studenten studeren via SAM. Voor onze trajecten voor het voortgezet onderwijs gebruiken we de naam Opleidingsschool en Academische Opleidingsschool. Onze opleidingen leraar voortgezet onderwijs participeren in de RAOS (Reformatorische Academische Opleidingsschool) en ZAOS (Zeeuwse Academische Opleidingsschool), een op de drie studenten Leraar voortgezet onderwijs studeert in een opleidingsschool. Een student die via dit traject studeert, is een groot deel van de week op de school aanwezig is of heeft daar een benoeming en komt een aantal dagdelen per week naar de hogeschool of universiteit. 

Positieve effecten

De minister heeft de ontwikkeling van de opleidingsschool nauwlettend gevolgd. Ze kwam een paar jaar geleden ook in Gouda op bezoek om de Driestarstudenten die de SAM-opleiding volgden te bevragen op hun ervaringen. Sinds kort beschikken we over resultaten van een langdurig vergelijkend onderzoek naar de effecten van Opleiden in de School. Dit onderzoek is gedaan vanuit de Rijksuniversiteit in Groningen en geeft aan dat Opleiden in de School inderdaad tot positieve effecten leidt. De belangrijkste bevindingen van dit onderzoek zijn voor docenten die op een opleidingsschool zijn opgeleid en werken:
 
  1. De pedagogisch-didactische vaardigheden zijn significant beter in vergelijking met andere beginnende docenten. Dit is zowel de observatie van onderzoekers als de waarneming van leerlingen.
  2. Opleidingsscholen rapporteren significant hogere waardes voor self-efficacy (gevoel van eigenbekwaamheid) in alle meetmomenten. Onze lector passend leraarschap Neely Anne de Ronde heeft een en ander maal gepubliceerd over het grote belang van self-efficacy bij leraren.
  3. Hun werktevredenheid en toewijding verschilt niet van docenten die regulier zijn opgeleid.
  4. Ze ervaren meer leermogelijkheden en zijn meer tevreden over de kwaliteit van de genoten opleiding en de voorbereiding op het beroep.
 
Er zijn ook best een aantal kanttekeningen bij dit onderzoek te maken. Het onderzoek betreft alleen het Voortgezet Onderwijs. Opleiden in de school kent veel varianten, we weten niet precies welke variant is onderzocht en ook niet wat dan de werkzame bestanddelen daarin waren. We weten niet wat ze gedaan hebben met de toch wel kritische opmerkingen uit visitaties van de opleidingsscholen over het opleidingsniveau en de theoretische basis van de schoolopleider. Daarom kunnen we aan dit onderzoek nog geen grote conclusies verbinden. Desalniettemin wijst de conclusie van het onderzoek op een positief effect: aankomende docenten profiteren van een leeromgeving waarin de opleiding en de school samenwerken bij het opleiden van aanstaande docenten en het verder professionaliseren van beginnende docenten.

Meer positieve ervaringen

De door de overheid gestimuleerde en gesubsidieerde trajecten voor opleiden in de school krijgen hiermee een steviger basis. Uit ervaring weten we – hoewel niet onderzocht – meer positieve ervaringen te melden. De student voelt zich meer onderdeel van het team op de school waar hij de praktijkervaringen opdoet. Hij krijgt ook te maken met het hele scala aan activiteiten in een schooljaar en krijgt daardoor een beter beeld van wat het is om leraar te zijn. Studenten die op hun school worden opgeleid lijken daardoor meer taakvolwassen te worden gedurende de opleiding. De samenwerking binnen de Opleidingsschool levert ook winst. De school waar de student werk professionaliseert en de effecten daarvan reiken verder dan de begeleiding van de leraren in opleiding. Schoolbestuurders voelen zich medeverantwoordelijk voor de opleiding van hun aankomende leraren en de hogeschool leert direct van de praktijk.

Vervolgonderzoek

Dit onderzoek geeft evidentie om door te gaan met opleiden in de school. Vervolgonderzoek zou wat mij betreft meer zicht moeten geven op wat deze vorm precies zo effectief maakt. Wat zij de werkzame bestanddelen van dit concept? Graag zou ik ook willen nagaan of dit concept speciaal geschikt is voor een bepaald type studenten, bijvoorbeeld studenten met een bepaalde leerstijl of studiebehoefte. Ik kan me voorstellen dat sommige studenten graag voltijds studeren omdat zij behoefte hebben aan theoretische verdieping en uitwisseling binnen de context van het hoger onderwijs. Ook zullen sommigen willen genieten van een studententijd met bredere vorming. Voorlopig voorzie ik dat we beide concepten naast elkaar blijven aan bieden en dat er voor studenten dus wat te kiezen valt.