Je bent wat je zegt en doet. Je bent authentiek. Je blijft dicht bij jezelf. Er is een tijd geweest in de pedagogiek dat de identiteit van de persoon voor de klas zoveel mogelijk werd verborgen. Taak en prestatie waren belangrijker. In Aziatische culturen is dat nog steeds het geval. Hoe jij als persoon bent, is niet zo belangrijk. Als de inhoud maar klopt.
Papua. Jayawijaya. Met tranen in de ogen ontvangt de Kimyalstam na jarenlange noeste vertaalarbeid de uitreiking van de eerste gedrukte exemplaren van het Nieuwe Testament in de stamtaal. De oudste van de gemeente bidt: ‘We hebben Uw Woord in onze taal gekregen. U heeft het gezaaid in ons land. We hebben het woord gekregen, we hebben het aangenomen en in ons hart opgenomen.'
Met jongeren uit de Bijbel lezen volgens de oude methode lectio divina kan indringende gesprekken opleveren. Hoe kun je met deze methode aan de slag in jouw klas?
Het is weer even wennen, zo’n pasbegonnen schooljaar. Wennen aan je nieuwe klas, met alle prikkels, tumult en onrust. Hoe ga je goed om met de stress van die eerste periode?
Hoe mooi is het als we ervoor kunnen zorgen dat op jonge leeftijd kinderen niet naar speciale scholen gaan, maar binnen het regulier onderwijs naar school kunnen? Juist ook binnen het christelijk onderwijs? In dit artikel beschrijven Neely Anne de Ronde (lector inclusieve klassen Driestar educatief) en Klaas Koelewijn (directeur Samenwerkingsverband Passend Onderwijs De Kempen en projectleider Expertisecentrum Onderwijs & Identiteit) hoe we kunnen werken aan deze mooie, maar ook ingewikkelde opgave.
Ken jij het boek De jongen, de mol, de vos, en het paard? Het is een prachtig boek wat ons veel te zeggen heeft over leven, opgroeien, ontwikkelen. Ik zal in deze blog een paar quotes gebruiken om wat te zeggen over ons onderwijs. Het boek past namelijk heel goed bij een inclusievere pedagogiek, waarin leerlingen zich gekend voelen, waarin ze merken dat ze welkom zijn en waarin we minder kijken naar wat leerlingen niet kunnen.
Als je net afgestudeerd bent en voor het eerst je eigen klas hebt, zijn er veel dingen die je energie vragen. Zoals iemand pas zei: “Je bent volop bezig om je staande te houden.” Hoewel je op de pabo of LVO bezig bent geweest met het nadenken over en ontwerpen van ‘christelijke lessen’, verdwijnt dat in die intensieve tijd dan ongemerkt wel weer eens naar de achtergrond. Het is wel belangrijk, maar niet urgent omdat je allereerst geconfronteerd wordt met de sfeer in de groep en de leerdoelen die aandacht vragen.
Hoe vaak komen er gouden momenten in jouw les voorbij - zo’n moment dat er even iets oplicht wat het alledaagse overstijgt? Vaak heb je als leraar daarbij het idee dat het je gegeven wordt. Maar dat is niet het hele verhaal, merken wij als we met leraren aan de slag gaan en gebruik maken van What If Learning.
Een oude rot in het vak boezemt vertrouwen in. Wie kan, kiest voor een ervaren makelaar, slager, timmerman, chirurg. Of leraar. Maar betekent meer ervaring ook vanzelf meer expertise, betere resultaten? Zo simpel ligt het niet.
Zo’n 15 jaar geleden zat ik te ontbijten met een vriendelijke professor, ooit rooms-katholiek. Hij vroeg wat ik deed en toen ik vertelde dat ik bij een christelijke lerarenopleiding werkte, was zijn vraag of je dat dan merkt bij wiskunde, ‘want of twee plus twee vier is, hangt toch niet van je geloof af?’. Geldt een dergelijk bezwaar ook voor andere vakken? Heeft hij gelijk?
Een van de klassieke uitdagingen in het voortgezet onderwijs (VO) is het motiveren van de leerlingen. Sommigen beweren dat hiervoor een ingrijpende stelselwijziging nodig is. Maar de motivatie daarvoor is nooit groot geweest. Deskundigen beweren dat tot wel 70% van de geplande veranderingen in het onderwijs überhaupt niet van de grond komen.
Bij goed lesgeven komt veel kijken. Zoveel, dat er altijd in te leren valt. In ‘What every teacher needs to know about psychology’, onlangs in het Nederlands vertaald, hebben Didau en Rose een aantal belangrijke inzichten verzameld over de psychologische kant van lesgeven.
We worden steeds slimmer in Nederland. Vooral de jongeren. Want er zijn steeds meer vwo’ers en havisten. Het aantal vmbo’ers daalt. Maar worden we inderdaad steeds slimmer? Wat is hier aan de hand?
Door corona zitten veel kinderen en gezinnen in deze periode vooral thuis. Net als tijdens schoolvakanties betekent dit voor sommige kinderen dat de stress toeneemt omdat het thuis niet fijn is. Wat kun je als hulpverlener, jeugdbeschermer of leerkracht doen om deze kinderen en hun ouders te helpen om deze extra moeilijke tijd door te komen?
Voor iedereen zijn dit bijzondere weken. De gevolgen van het coronavirus, maar zeker ook de maatregelen om de verspreiding tegen te gaan, zijn ongekend. Niet eerder is het voorgekomen dat alle scholen in Nederland drie weken dicht moeten. In onderwijsland staat iedereen voor de vraag hoe we dit op moeten pakken. Ook al is er nog veel onduidelijk, onderstaande praktische tips zullen je zeker een stap verder helpen.