Waar zijn onze idealen? 15 juni 2017 Door Dr. Neely Anne de Ronde-Davidse, lector passend leraarschap

Waarom is onderwijzen zo’n mooi vak? Waarom heb je voor dat vak gekozen en wat wil jij je leerlingen bijbrengen? Vragen die ondersneeuwen bij de huidige demotiverende berichten over het onderwijs en de prestatiegerichtheid die van ons gevraagd wordt. Toch kun je als leraar voor jouw leerlingen het verschil maken als je vasthoudt aan je ideaal.

De laatste tijd is de beeldvorming over het onderwijs vrij negatief. Leraren ervaren een hoge werkdruk, ze gaan staken, er is sprake van een lerarentekort en er heerst nog steeds onvrede over de invoering van passend onderwijs. Dat alles komt het imago van het vak van leraar niet ten goede. En de overheid helpt ook niet mee: er ligt nog steeds veel nadruk op prestaties van scholen en leerlingen. Het volgen van een masteropleiding wordt bijvoorbeeld flink gestimuleerd en ook de inspectie stuurt op leeropbrengsten.

Ongezonde prestatiegerichtheid

De prestatiegerichtheid begint me zorgen te baren. De overheid blijft inzetten op Nederland als kenniseconomie. Dat kan tot een bijzonder scenario leiden, onlangs treffend verwoord door Pieter Derks in zijn column op radio 1: “Twee miljoen communicatiewetenschappers en niemand die een kraan kan repareren." Schieten we niet door? Overigens lijkt dit geen reëel scenario te zijn: in werkelijkheid volgt het grootste deel van de studenten een praktijkgerichte beroepsopleiding in het mbo.
 

Verschillen accepteren

Door zo in te blijven zetten op leeropbrengsten en het hoger onderwijs te stimuleren, worden verschillen tussen mensen uitvergroot in plaats van geaccepteerd. Alsof de mbo leerling er niet toe doet, terwijl we juist iedereen nodig hebben. Ook in de klas kan het doorwerken. Denk maar aan de cito toetsen. Waarom geef je je leerlingen dat extra zetje om een hogere score te halen? Een leraar gaf onlangs heel openhartig aan dat zij dat ook deed uit angst om bij een tegenvallende score er zelf op afgerekend te worden. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?
 

Terug naar je ideaal

Als leraar is het je taak leerlingen bepaalde kennis bij te brengen. Die hebben ze nodig om zich een mening te vormen en de wereld om hen heen steeds beter te begrijpen. Maar nu terug naar een van mijn eerste vragen: waarom heb je voor dit mooie vak gekozen en wat wil je leerlingen meegeven? Godsdienstpedagoog Roebben heeft hier een mooi antwoord op: je hebt een roeping om kinderen kennis, inzicht en levenswijsheid bij te brengen. Een verantwoordelijke, maar ook mooie taak. Je kunt als leraar immers echt iets voor je leerlingen betekenen, een voorbeeld zijn van hoe we vanuit christelijke waarden met elkaar dienen om te gaan. Misschien moet je daarvoor wel tegen de stroom van de maatschappij in terug naar je idealen gaan. Grote kans dat je daar iets vindt van ‘ieder kind met zijn eigen gaven en talenten verder brengen’. Als je daarop gericht bent, zul je een leraar zijn die verschillen tussen leerlingen kan accepteren in plaats van ze te accentueren door prestaties te vergelijken.
 

Een haalbaar ideaal?

Verschillen accepteren betekent iedere leerling in zijn waarde laten. Is dat haalbaar? Ik denk het wel. Het werkt bijvoorbeeld al door in je instructie en feedback. Cluster je bij voorbaat al leerlingen, of neem je iedereen zo veel mogelijk mee met de instructie van de hele groep en geef je verlengde of verdiepende instructie waar nodig? En hoe geef je feedback? Is het erg prestatiegericht? Kun je meer motiverende feedback geven, of feedback op het leren? Daarmee kun je al een verschil maken.
 

Hoop

Ook de inspectie van het onderwijs komt met een vernieuwd toezichtkader. Naast leeropbrengsten komt er aandacht voor ambities, een ideaal waarover je bevlogen kunt vertellen als de inspecteur langskomt. Wat mij betreft moeten we daarin vooral niet te afwachtend zijn. Denk met je team na over jullie idealen: welke idealen streef je na of wil je nastreven? En maak dat zichtbaar in je klas.  Je pedagogiek wordt dan hoopvol: gericht op wat je je  je leerlingen ten diepste wilt leren. Verlies die hoop niet uit het oog, niet voor jezelf en niet voor je leerlingen.