Veel gestelde vragen over het Nationaal Programma Onderwijs

Lees hier de veel gestelde vragen over het Nationaal Programma Onderwijs.
Staat jouw vraag er niet tussen? Neem dan contact met ons op.


  • Hoe weet de overheid of de maatregelen effect hebben?

    Ten eerste volgen scholen ook nu al de ontwikkeling van hun leerlingen, bijvoorbeeld met een leerlingvolgsysteem. Scholen krijgen daarmee zelf in beeld of en hoe snel vertragingen worden ingelopen. De Inspectie van het Onderwijs zal vanuit haar stelseltaak aanvullend onderzoek doen. Ten tweede zet de overheid een jaarlijkse resultatenmonitor op, die een landelijk beeld geeft van de ontwikkeling van de vertragingen, onderwijsresultaten en schoolloopbanen van leerlingen. Ten derde monitort de overheid welke maatregelen scholen inzetten en hoe de uitvoering daarvan verloopt. Daarvoor vragen we scholen om aan het begin van het schooljaar vast te leggen welke maatregelen zij willen inzetten, daarnaast zullen we een steekproefonderzoek doen onder een deel van de scholen. Tot slot onderzoeken we de effectiviteit van een aantal maatregelen op het terugdringen van de vertragingen. Elk half jaar vatten we de resultaten van de verschillende onderzoeken en monitors samen in een voortgangsrapportage aan de Tweede Kamer.

  • Kunnen scholen zelf beslissen waar ze het geld aan uitgeven?

    Scholen beslissen zelf, in samenspraak met het schoolbestuur, welke maatregelen ze nemen om de vertragingen van hun leerlingen aan te pakken. Daarbij kiezen ze uit een “menukaart” met bewezen en goed onderbouwde interventies. Deze menukaart wordt eind april 2021 uitgebracht. Scholen kiezen maatregelen die aansluiten bij de situatie op hun school. Ze baseren zich daarbij op hun eigen probleemanalyse. De maatregelen op de menukaart zijn breed geformuleerd en bieden veel ruimte om aan te sluiten bij de context en werkwijze van de school. De medezeggenschapsraad moet instemmen met het plan en het schoolbestuur verantwoordt zich hierover in het jaarverslag. De scholen hebben dus veel ruimte, maar dit is wel aan voorwaarden verbonden. Sommige maatregelen kunnen gezamenlijk tussen scholen, tussen besturen of in een gemeente worden opgepakt.

  • Kan een school het geld uit het Nationaal programma onderwijs weigeren?
    Een school kan ervoor kiezen om geen beroep te doen op subsidieregelingen uit het programma. Maar het geld dat via de zogeheten ‘lumpsum’ wordt uitgekeerd, kan een school niet weigeren. De overheid vertrouwt erop dat scholen de extra middelen effectief willen besteden en hun leerlingen zo goed mogelijk hun vertragingen willen laten inlopen. Als scholen de middelen niet willen gebruiken, kunnen zij er ook voor kiezen om deze middelen over te dragen aan andere scholen waar de middelen wél nodig zijn. De middelen kunnen ook worden teruggestort.
  • Is het schoolprogramma verplicht? Wat gebeurt er als een school geen schoolprogramma maakt?
    De situatie is voor veel leerlingen nu zo ernstig, dat de overheid ervan uitgaat dat scholen gemotiveerd zijn om de vertragingen van hun leerlingen goed in beeld te krijgen en daarbij, in samenspraak met het bestuur, passende maatregelen te kiezen en die in een schoolprogramma te verwerken. Mocht echter onverhoopt uit de jaarlijkse monitoring blijken dat er grote verschillen zijn in de gedegenheid waarmee scholen de vertragingen proberen in te lopen, dan kan volgend jaar de verdeling van de middelen opnieuw ter discussie komen te staan.

    Scholen kunnen bij het kiezen van de maatregelen aansluiten bij hun reguliere beleidscyclus. Schoolteams moeten goed betrokken worden bij het formuleren van de programma’s en de medezeggenschap moet ermee instemmen.
  • Hoe ziet het tijdpad eruit?
    De overheid verwacht dat scholen voor de zomer van 2021 een schoolprogramma hebben gemaakt waarmee de Medezeggenschapsraad heeft ingestemd. Dat schoolprogramma is gebaseerd op een analyse van de behoeften van leerlingen (de ‘schoolscan’). In het schoolprogramma zijn de gekozen maatregelen uit de menukaart beschreven. Ook informeren scholen de gemeente over de schoolscan en het schoolprogramma. Scholen beantwoorden bij het begin van het schooljaar 2021-2022 een aantal vragen van het ministerie van OCW. Aan het eind van het jaar leggen schoolbesturen verantwoording af in het jaarverslag.

    In de brief aan scholen zijn de verschillende stappen in de tijd gezet als suggestie aan de scholen: schoolscan in april, kiezen van interventies in mei, het maken en vaststellen van de plannen in mei/juni. Het is niet verplicht om de stappen precies op deze momenten in de tijd te zetten. Scholen gaan zelf over hoe ze deze stappen tot aan de zomervakantie zetten.
     
  • Waarom komt er nu extra geld voor het onderwijs terwijl nog niet precies duidelijk is hoe groot de opgelopen vertragingen zijn?
    Het is nu al duidelijk dat leerlingen door de coronacrisis vertraging hebben opgelopen. Er zijn natuurlijk verschillen tussen leerlingen en scholen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit een uitgebreid onderzoek dat de Inspectie van het Onderwijs in 2020 heeft uitgevoerd naar de gevolgen van corona voor het onderwijs. De problemen zijn zo dringend dat scholen nu aan de slag moeten kunnen met het maken van een plan om de opgelopen vertragingen de komende jaren aan te pakken. Scholen kunnen die plannen alleen uitvoeren als zij zekerheid hebben over extra geld hiervoor.
  • De onderwijssector vraagt om structurele oplossingen en structureel geld. Wat gebeurt er na 2,5 jaar?
    Met verschillende onderzoeken houdt de overheid een vinger aan de pols om te zien hoe de opgelopen vertragingen worden ingelopen. Het is aan een nieuw kabinet om te besluiten over voorzetting van deze middelen
  • Wat is de schoolscan?
    De overheid vraagt scholen om een zogeheten “schoolscan” uit te voeren. Dat is een analyse van de impact van corona op de ontwikkeling van de leerlingen, zowel op cognitief gebied, waaronder praktijkvorming, als op sociaal-emotioneel gebied en welbevinden. De schoolscan is de basis voor de keuze die scholen gaan maken uit de zogeheten ‘menukaart’ met maatregelen die bewezen of aannemelijk effectief zijn. Voor de schoolscan is geen format. Wel is een stappenplan ontwikkeld, bedoeld als handreiking aan scholen die dat nodig hebben bij het maken van de analyse. Voor goede keuzes is een probleemanalyse onmisbaar. De overheid gaat er daarom vanuit dat elke school een probleemanalyse maakt.
  • Wat is de status van het stappenplan voor de schoolscan? Is dit verplicht?
    Scholen worden geacht om een schoolscan te maken, maar ze bepalen zelf op welke manier zij dat doen. Het stappenplan is bedoeld als handreiking voor scholen die daar behoefte aan hebben. In het stappenplan is beschreven welke stappen een school kan doorlopen om de vertragingen en behoeften bij de leerlingen goed in beeld te brengen.
  • Wat moeten scholen aan het ministerie van OCW doorgeven over de schoolscan en hun plannen?
    Om een landelijke inschatting te hebben van de uitvoering van het Nationaal Programma Onderwijs, worden scholen gevraagd aan het begin van het nieuwe schooljaar om in ieder geval drie dingen te registreren. Er wordt gewerkt aan een zo eenvoudig mogelijke manier om dit te doen. Scholen laten ten eerste weten of ze een schoolscan en een daarop gebaseerd plan hebben gemaakt, ten tweede of dat plan instemming heeft van de medezeggenschapsraad en ten derde op hoofdlijnen wat er uit de scan is gekomen en welke maatregelen ze hebben gekozen. Scholen hoeven dus niet het hele schoolprogramma naar OCW op te sturen.
  • Moeten scholen zich verantwoorden over hun schoolscan?

    Met het Nationaal Programma Onderwijs komt een ongekend extra bedrag beschikbaar voor het onderwijs. Scholen hebben veel vrijheid bij de besteding van die middelen, omdat de overheid erop vertrouwt dat scholen zelf het beste in staat zijn om keuzes te maken die bij hun situatie passen. Scholen hoeven de schoolscan en het schoolprogramma niet naar het ministerie van OCW, DUO of de Inspectie te sturen. Wel vraagt het ministerie van OCW van scholen om aan het begin van het nieuwe schooljaar een aantal vragen over de scan en het schoolprogramma te beantwoorden. Ook informeren scholen de gemeente over de schoolscan en het schoolprogramma. Aan het eind van het jaar leggen schoolbesturen verantwoording af in het jaarverslag.

  • Mogen er van de extra middelen extra docenten worden aangenomen?
    Ja. De middelen uit het NP Onderwijs mogen aan docenten worden besteed worden als de inzet gerelateerd is aan het terugdringen van vertragingen door corona.
  • Hoe komt de menukaart eruit te zien?
    Er wordt een menukaart vormgegeven van effectieve of aannemelijke interventies voor scholen. In het Verenigd Koninkrijk bestaat al een overzicht van effectieve interventies die zijn gericht op het terugdringen van vertragingen. Die staan in de toolkit van het Britse kennisinstituut Education Edowment Foundation (EEF). Deze toolkit is tot stand gekomen op basis van een meta-analyse van jarenlang internationaal onderzoek. Deze interventies vormen het startpunt voor de menukaart. In de menukaart worden zowel de cognitieve ontwikkeling als de sociaal-emotionele ontwikkeling, welbevinden, schoolontwikkeling en professionalisering meegenomen. De menukaart biedt ruimte aan scholen om in de praktijk een eigen toepassing te geven aan de gekozen maatregelen. In de menukaart worden geen specifieke aanbieders van aanpakken of programma’s opgenomen.

    De menukaart zal op hoofdlijnen bestaan uit drie niveaus.
    1. Hoofdkeuzes / Keuzehulp Gebaseerd op de schoolscan: op wat voor type maatregelen wil de school zich richten?
    2. Effectieve interventies Wat weten we over kosten en impact van verschillende maatregelen en de voorwaarden waaronder deze succesvol zijn?
    3. Praktische handvatten Hoe kan een maatregel praktisch worden vormgegeven in de context van de school?
  • Wanneer is de menukaart beschikbaar?
    De menukaart is eind april 2021 beschikbaar.