Maurits 4 november 2014

De naam Maurits staat voor: (van) M(emoriseren en) Au(tomatiseren naar) R(ekenen) I(n) T(oepassings)S(ituaties). Het pakket (eigenlijk zijn het twee pakketten – zie verderop) is een uitwerking van het vier-hoofdlijnen-model van het Protocol Dyscalculie.

Volgens dit protocol moet je bij een leerling met diverse modellen werken. Het vier-hoofdlijnen-model is er één van. Dit model pas je in het protocol toe in de derde (oranje) en vierde (rode) fase van het dyscalculietraject.

Het vier-hoofdlijnen-model

Het werken volgens het vier-hoofdlijnen-model houdt het volgende in.
  • Als een leerling problemen heeft met het  belangrijke optellen en aftrekken tot 100 ga je eerst aan de slag met optel- en aftreksommen zonder tientalpassering. Je werkt indien nodig eerst aan begripsvorming, de eerste hoofdlijn (wat doorgaans neerkomt op getalkennis). Je werkt ook aan de memoriseringen* die nodig zijn bij deze sommen. (Dat gaat op een speciaal gefaseerde manier – zie verderop bij Maurits.) Vervolgens leer je de strategie / de oplossingsprocedure aan van deze sommen (tweede hoofdlijn). Daarna werk je aan het vlot uitvoeren van de strategie (derde hoofdlijn). Tenslotte oefen je het (flexibel) toepassen van deze soort sommen in toepassingssituaties (vierde hoofdlijn).
(* Sommen die op gememoriseerd niveau beheerst moeten worden, zijn de optel- en aftreksommen tot en met tien en de tafels. Beheersing houdt in dat je direct / ineens het antwoord weet.)Dan komen de optel- en aftreksommen met tientalpassering aan de orde. Je werkt dan eerst aan de automatiseringen* die nodig zijn bij deze sommen. (Dat gaat op een speciaal gefaseerde manier – zie verderop bij Maurits.) Vervolgens leer je de strategie / oplossingsprocedure aan van deze sommen (tweede hoofdlijn). Daarna werk je aan het vlot uitvoeren van de strategie (derde hoofdlijn). Tenslotte oefen je het (flexibel) toepassen van deze soort sommen in toepassingssituaties (vierde hoofdlijn).

 (* Sommen die op geautomatiseerd niveau beheerst moeten worden, zijn de optel- en aftreksommen van de typen 8+4 en 12-4. Beheersing houdt in dat je na héél even nadenken [één à twee seconden] het antwoord weet.)
 
Dit vraagt allemaal erg veel klaarmaakwerk van een school. Van het cruciale rekengebied optellen en aftrekken is daarom het volledige en kant en klare pakket Maurits ontwikkeld waarmee je direct volgens het vier-hoofdlijnen-model kunt werken bij een rekenzwakke leerling.

Maurits

Maurits bestaat eigenlijk uit twee pakketten. Het eerste werkt aan optel- en aftreksommen zonder tientalpassering en het tweede pakket werkt aan optel- en aftreksommen met tientalpassering.
Als je bij een leerling aan de slag gaat met optellen en aftrekken zonder tientalpassering start je met het eerste Mauritspakket. Voor een som als bijvoorbeeld 42+3 is het nodig dat de leerling de memorisering van 2+3 kent. Aan het beheersen van deze memorisering werk je eerst.
 
(Ga eerst na welke memoriseringen de leerling al goed kent en welke niet.)
 
Kent de leerling deze memorisering, dan ga je met de leerling werken aan de strategie van sommen waarin hij deze memorisering in kale (formule)sommen kan toepassen, bijvoorbeeld: 52+3, 62+3, 42+3, 72+3. (Deze staan in het Mauritspakket.) Doordat de leerling de memorisering van 2+3 nu kent, zal de berekening doorgaans vlot gaan (= derde niveau van het vier-hoofdlijnen-model).
 
Vervolgens gaat de leerling dergelijke sommen berekenen in eenvoudige contexten (= vierde niveau van het vier-hoofdlijnen-model). Deze staan ook in het Mauritspakket.
 
Dan wordt somtype 24+30 (daarin zit 20+30, dus 2+3) en 22+33 (waarin 2+3 twee keer voorkomt) behandeld en daarmee zijn alle generalisaties van type 2+3 van het getallengebied tot 100 aan de orde gesteld. De Mauritspakketten voorzien op dezelfde manier ook in soortgelijke sommen tot 1000 en zelfs tot 10.000. Het is afhankelijk van de behoefte en mogelijkheden van de leerling hoe ver je daarmee gaat.
 
Daarna werkt de leerling aan een type sommen waarin een andere memorisering als bekend wordt verondersteld, bijvoorbeeld het type 52+4 (hierin wordt de memorisering 2+4 verondersteld). Werk eerst aan de beheersing van deze memorisering, daarna aan kale sommen als 52+4, 32+4, 72+4, 42+4 waarbij de goede strategie moet worden toegepast. Werk vervolgens aan dergelijke sommen in eenvoudige contexten. Al deze sommen staan in het Mauritspakket.
 
Vervolgens ga je op soortgelijke wijze met de leerling aan de slag met type 25+40 en 22+44. Pas daarna ga je verder aan de hand van weer een andere memorisering. En zo voort.
 
De werkwijze van het tweede Mauritspakket (dat over automatiseringen gaat en over optellen en aftrekken met tientalpassering) is gelijk aan die van het eerste pakket.

Meer weten

Wil je meer weten over Maurits: er is een volledig uitgewerkt doorkijkjespakket beschikbaar. Dit kun je opvragen bij de auteur.

Wil je nog meer interessante informatie te weten komen die relevant is voor jou als IB’er? Kijk dan op deze pagina.

C.C. (Kees) Geluk
orthodidact

Meer nieuws