Tóch een dyslexieverklaring in het voortgezet onderwijs: hoe kan dat? 27 augustus 2018 Door Hanneke Bossenbroek

Bij Driestar onderwijsadvies krijgen we regelmatig vragen over oudere leerlingen die wel lees- en spellingproblemen hebben, maar niet in aanmerking komen voor een vergoed dyslexieonderzoek. Op het voortgezet onderwijs krijgen deze leerlingen soms toch een dyslexieonderzoek en –verklaring. Dit leidt regelmatig tot frustratie bij ouders en scholen: had deze een leerling niet eerder onderzocht kunnen worden?

Een verklaring voor dit probleem kan zijn dat er op het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs andere testen worden gebruikt om de hardnekkigheid van voornamelijk de leesproblematiek aan te tonen. Op de basisschool wordt de Drie Minuten Toets (DMT) als instrument gebruikt. Voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn normeringen van deze test niet beschikbaar. Dit instrument kan dus niet op het voortgezet onderwijs gebruikt worden.

Daarom worden de leestesten EMT en Klepel gebruikt. Dit kan ervoor zorgen dat leerlingen die op de basisschool (net) niet uitvielen op de DMT, in het voortgezet onderwijs toch uitvallen op de EMT en Klepel en dan dus alsnog een verklaring krijgen. Hierbij blijft het belangrijk dat er in het basisonderwijs een periode van intensieve remediering heeft plaatsgevonden. Als dit niet het geval is, vragen we om voor lezen en spelling in de eerste klas van het voortgezet onderwijs alsnog een periode van remediëring te laten plaatsvinden. Ontstaat de uitval op leesgebied vanaf de tweede klas van het voortgezet onderwijs dan hoeft voor lezen geen periode van remediëring meer plaats te vinden. Voor spelling geldt deze regeling niet, daar vragen we in de onderbouw van het voortgezet onderwijs nog intensieve remediëring als dit in de voorgeschiedenis niet is gebeurd (omdat spellingproblemen meer het gevolg kan zijn van didactische verwaarlozing, terwijl lezen over het algemeen voldoende plaatsvindt). Vanaf de bovenbouw van het voortgezet onderwijs vervalt deze eis. Didactische resistentie is dan in de loop der jaren aangetoond.

Een andere verklaring is dat volgens de richtlijnen van de vergoede dyslexiezorg een leerling moet uitvallen op lezen of lezen en spelling. Dit betekent dat leerlingen met alleen ernstige spellingproblemen niet onder de vergoede dyslexiezorg mogen worden onderzocht. In het voortgezet onderwijs wordt de richtlijn van Stichting Dyslexie Nederland (2016) gehanteerd. Als deze richtlijn wordt gebruikt, kan een leerling ook alleen op spellinggebied uitvallen en dus dyslectisch kan worden genoemd. Het is dus mogelijk dat leerlingen met enkel spellingproblemen (ten onrechte) niet worden onderzocht in het basisonderwijs, maar in het voortgezet onderwijs uitvallen.  

Ten slotte zien onze dyslexieonderzoekers af en toe dat een jonge leerling bij een onderzoek naar ernstige, enkelvoudige dyslexie niet voldoende achterstand of uitval laat zien. Op latere leeftijd kunnen dan vermoedens van dyslexie blijven bestaan. Het is dan goed mogelijk dat deze leerling pas in het voortgezet onderwijs gediagnosticeerd wordt.

Aanbevelingen voor het basisonderwijs

Samenvattend zijn er enkele aanbevelingen te doen die voor sommige leerlingen toch kunnen leiden tot eerdere diagnostisering in het basisonderwijs:
  1. Het is goed om te realiseren dat er naast het vergoede onderzoek naar dyslexie ook een spelling-dyslexieonderzoek mogelijk is. Hiervoor is het nodig dat leerlingen met enkel spellingproblematiek ook een intensief traject (van minimaal een jaar) spellingbegeleiding volgen en op het PI-dictee of Cito-spelling op drie hoofdmeetmomenten achtereen een Cito-E-score haalt. Een dergelijk onderzoek wordt niet vergoed, maar komt voor rekening van school en/of ouders. 
  2. Als een leerling geen diagnose krijgt, is het mogelijk om bij blijvende problematiek een (vergoed) dyslexieonderzoek te herhalen (na twee jaar). De school moet dan wel opnieuw een intensief begeleidingstraject hebben gegeven én er moet opnieuw of blijvend sprake zijn van een achterstand.
  3. Als je bij een leerling uit groep 7 of 8 dyslexie vermoedt, maar deze leerling hoort niet consequent bij de 10% laagste scorende leerlingen voor zowel lezen en/of spellen, overleg het dossier dan met ons. Wij denken graag met je mee of een dyslexieonderzoek al dan niet gerechtvaardigd is. De school en/of ouders moeten dit dan zelf betalen.
Meer informatie? Neem gerust contact op met Hanneke Bossenbroek.