Venster op de hemel 7 mei 2014

Deze maanden leg ik de laatste hand aan het boek ‘Venster op de hemel’.

Door Ewald Mackay, lid kenniskring lectoraat Christelijk leraarschap

Verband tussen geloof en wiskunde

In dit boek probeer ik  de vraag te beantwoorden hoe het komt dat leraren in primair, voortgezet en hoger christelijk onderwijs het zo moeilijk vinden om in hun dagelijkse lespraktijk op het niveau van de inhoud van hun schoolvakken een verbinding te leggen met het christelijk geloof.
Ik stuit hier op een even interessant als zorgelijk fenomeen in onze traditie, te weten dualisme of scheidingsdenken. Nogal wat leraren weten geen raad met het geloof in hun vakinhoudelijke praktijk. Een dagopening en een pedagogische houding van aandacht, liefde en bewogenheid zijn voor de meeste leraren vanzelfsprekende bestanddelen van christelijk leraarschap, maar de vakinhoud ligt lastiger. Sommige vakken lijken zich hier nog wel enigszins voor te lenen, zoals maatschappijleer of vakken als biologie waarin schepping en evolutie aan de orde komen, maar andere vakken lijken veel lastiger invulbaar te zijn vanuit de identiteit: wat is het  verband tussen geloof en wiskunde?
Ik heb geprobeerd om tegenover dit dualisme een monisme of eenheidsdenken te bepleiten: binnen elk vak kan op een natuurlijke, subtiele manier een venster worden geopend op de hemel of op God, omdat alle vakken facetten van Gods schepping of herschepping belichten.

Mooi materiaal

Ik heb negentien onderwijzers, leraren en docenten bereid gevonden om vanuit hun vak een voorbeeldles te beschrijven, die ze daadwerkelijk ook hebben gegeven of nog steeds geven, waarin ze een dergelijk venster op de hemel proberen te openen.  Inmiddels hebben al deze onderwijsgevenden een les bij mij ingeleverd en ben ik druk bezig met de redactie van al die lessen. Ik ben verwonderd en verrast over het mooie materiaal dat ik heb ontvangen. Het varieert van een taalles aan de hand van een prentenboek op de basisschool, een scheikundeles over water voor de middelbare school tot een les kunstbeschouwing aan de pabo.  Al deze lessen hebben mij bevestigd in de overtuiging dat er wel degelijk verbindingen te maken zijn tussen confessie en professie.
Misschien is het hangende punt hier wel een bepaalde houding of een bepaald bewustzijn ten aanzien van de eigen levensbeschouwing en geloofsovertuiging in relatie tot het vak. Door deze houding gaat je lespraktijk op den duur een natuurlijke eenheid vormen tussen deze verschillende velden of gebieden. Vaak zit het  ook helemaal niet in grote dingen, maar in de kleine fragmenten of momenten in je les. Het geheel kan wellicht een samenhangend christelijk wereldbeeld tot stand brengen en dat doen indalen in de harten van de leerlingen.
Mijn diepe hoop is dat hiermee het scheidingsdenken of dualisme in onze geloofstraditie zou kunnen worden verkleind!