Begin het schooljaar met advent 29 augustus 2014 Door Bram de Muynck, lector Christelijk leraarschap

Het cursusjaar is op veel plaatsen gestart of begint volgende week. Het is weer even wennen om in het ritme te komen. Spannend als je net voor het eerst in je loopbaan met een eigen klas begint!

In deze eerste weblog van het nieuwe cursusjaar lees je een stukje bezinning, met een sprongetje naar advent: de lofzang van Maria. Voor een rustig moment, na een enerverende dag, misschien vanavond op de bank. Wellicht iets om met je collega’s te delen.

Als je even tijd hebt (3.49 minuut), beluister dan voor dat je onderstaande tekst leest, de muziek die te vinden is met deze link .

Advent in de zomer

Het Magnificat van Bach kun je zonder conflict met het kerkelijk jaar in de zomertijd beluisteren. Op het eerste gezicht lijkt het vooral een stuk voor de adventstijd. In het Lutherse kerkelijk jaar, echter, werd in de tijd van Bach het Magnificat gezongen en bepreekt tijdens het feest van Maria-visitatie op 2 juli. En verder werd het iedere zaterdag en zondag tijdens het avondgebed uitgevoerd.  Ook in andere liturgische tradities is de lofzang van Maria niet gebonden aan advent. Bezoekers van Engelse kathedralen weten dat het Magnificat samen met het Nunc Dimittis (de lofzang van Simeon) een vast onderdeel uitmaakt van de dagelijkse evensong. Er zijn talloze verklankingen gemaakt voor al die gelegenheden waarop de lofzang van Maria gezongen werd, natuurlijk ook door Johan Sebastian Bach.

Opvallende maat

Met het deel ‘Et misericordia’ uit het Latijnse Magnificat van Bach is er iets opvallends aan de hand. Hij maakt daar gebruik van een 12/8 maat. Ik heb mij afgevraagd wat dit betekent. De tekst luidt: ‘Et misericordia eius a progenie in progenies timentibus eum’. In het Nederlands: ‘En Zijn barmhartigheid is van geslacht tot geslacht voor wie Hem vrezen’. Heeft deze maatsoort iets te maken met de tekst? Dat moet haast wel. In Bachs partituren staat vrijwel nooit iets zonder reden.

De barmhartigheid van God

De 12/8 maat heeft een bijzondere cadans. Het ritme is krachtig aanwezig omdat de figuur in een slepende beweging in de bas wordt gespeeld. Het is de dragende grond van het stuk, van het begin tot het eind. Het lijkt haast eindeloos. Als je goed luistert en je gaat na, waar je iets dergelijks eerder hebt gehoord, kom je uit bij het openingsdeel van de Mattheus Passion. Wat betekent dat? Een 6/8 maat wordt normaal gebruikt voor een Pastorale, een herderslied. Het is de maat die zorg en bescherming uitdrukt, die kan verwijzen naar de herders die getuige waren van de Engelenzang uit Lukas 2, maar ook naar de goede Herder, Jezus Christus. Zo gebruikt Bach het in de Aria ‘Erbarme Dich’ (gezongen na de woorden van Christus tegen Petrus). De 12/8 maat is dus een dubbele Pastorale. Het is een krachtige verwijzing naar de barmhartigheid van God die dubbel zo groot is dan wij ons voor kunnen stellen. Het gebruik van de 12/8 maat in de Mattheus Passion laat zien dat Gods barmhartigheid aan het licht komt in het lijden en sterven van Jezus Christus. De kracht van het ritme lijkt te willen zeggen: zo is nu God, zo is Hij eindeloos. Deze muziek poneert een Godsbeeld: ze stelt een eigenschap van God centraal.

Grondhouding van leraren

In de bezinning op leraarschap hebben we het vaak over mensbeeld. Je kijkt met een bepaalde blik naar de kinderen, ze zijn van nature lief of zondig, of misschien een onbeschreven blad. Luisterend naar het Magnificat bedenk ik dat we in de bezinning beter kunnen beginnen met het Godsbeeld. Zoals de grondtoon van de 12/8 maat de hele kleur van het muziekstuk bepaalt, zo bepaalt ons Godsbeeld het pedagogisch handelen. Ook leraren hebben in hun handelen een dragende grond.

Niet eerst het mensbeeld, maar het Godsbeeld

Als je aan het begin van het jaar nadenkt over je grondhouding, kan dat een leidende gedachte zijn. Niet de zondigheid of de heiligheid van de mens is het eerste waarmee je je klas in zou moeten kijken. Met een juist beeld van God heb je een betrouwbaarder dragende grond voor je denken en spreken. Is Hij voor jou als leraar abstract of concreet, ver weg of dichtbij, is Hij toornig, of is Hij ten diepste een God van Barmhartigheid? In het Misericordia en de Mattheus Passion doortrekt de barmhartigheid de gehele muziek, van het begin tot het eind. Zou op een zelfde manier de gedachte aan Gods barmhartigheid het pedagogisch handelen kleur kunnen geven?

God is de gans andere

Ik besef dat we met diepe eerbied over Gods eigenschappen moeten spreken. Hij is de geheel Andere. Wij maken onze natuurlijke wensbeelden van God en die kunnen plotseling doorbroken worden, bijvoorbeeld als ziekte van een kind in je klas zich aandient, of er een plotseling overlijden heeft plaats gehad in de schoolgemeenschap, mogelijk in de zomervakantie. Maar juist daar doorheen schittert Gods wonderlijke barmhartigheid, die alleen maar te verstaan is door het werk van Christus. Zoals Bonhoeffer zegt, als hij mediteert over advent:  ‘Hij (..) doet zijn wonderen daar, waar wij ze in het minst verwachten. Waar de mensen zeggen ‘verloren’ – daar zegt Hij  ‘gevonden’; waar de mensen zeggen ‘geoordeeld’ – daar zegt Hij ‘gered’; waar de mensen zeggen ‘nee’ – daar zegt Hij ‘ja’. Waar de mensen de blik onverschillig of hoogmoedig afwenden, daar straalt uit zijn ogen een liefde die nergens haar gelijke vindt’ (uit een preek over Lukas 1: 46-55, naar het citaat in het Bonhoeffer-Brevier, pagina 495).

Dragende grond

De barmhartigheid zoals God die in Christus toont, is voor ons bijna niet te vatten. Toch durf ik het aan het begin van dit schooljaar te wagen met dit woord ’et misercordia’. Laten we naar leerlingen kijken met ogen van liefde. Er zit muziek in het schooljaar.
 
Nog een paar minuten tijd? Laat je dan nog een keer meeslepen door de doorgaande beweging in dit fragment.

Noot 1
Deze weblog is een bewerking van de openingstekst van het tweede colloquium Pedagogigsche en Theologische Antropologie, gehouden op 7 mei 2014 in Gouda. LINK. Aan het begin van deze bijeenkomst heb ik het ‘Et misericordia’ laten horen zoals te vinden is op de aangegeven Youtube-link.
 
Noot 2
Denk nog eens aan hoe God zichzelf bekend maakt in Exodus 34: 5-9. Als de Heere Zijn eigen naam uitroept, zegt dit iets over Zijn ‘Karakter’: Als nu de HEERE voor zijn aangezicht voorbijging, zo riep Hij: HEERE, HEERE, God, barmhartig en genadig, lankmoedig en groot van weldadigheid en waarheid. Die de weldadigheid bewaart aan vele duizenden, Die de ongerechtigheid, en overtreding, en zonde vergeeft; Die den schuldige geenszins onschuldig houdt, bezoekende de ongerechtigheid der vaderen aan de kinderen, en aan de kindskinderen, in het derde en vierde lid.