We horen soms spreken over hele slimme kinderen. Zij vallen op, omdat ze snel kunnen lezen of een enorme woordenschat hebben. Dit maakt echter nog niet dat we kunnen zeggen dat een kind hoogbegaafd is.
Bij het observeren van een kind wat verder is in ontwikkeling brengen we een aantal zaken in beeld:
Waar kijken we naar:
We kijken inderdaad naar intelligentie, maar daarnaast is het heel belangrijk hoe gemotiveerd het kind is en vooral ook wanneer laat de leerling motivatie zien? Een ander belangrijke factor is hoe creatief de leerling is. Niet of het kind goed kan knutselen, maar juist hoeveel inzicht heeft hij/zij in het oplossen van probleempjes en/of hoe verrassend verwoorden ze de dingen.
Andere zaken die meespelen zijn de gezinssituatie (bijv. welke opleiding hebben ouders gehad?), met wie spelen ze graag (bijv. met jongere of juist met oudere kinderen) en school (welk aanbod heeft de school en welke mogelijkheden?)
Diagnose hoogbegaafde kleuter?
De leerkrachten hebben een belangrijke rol in het signaleren. Kennis van leer- en persoonseigenschappen is daarbij van belang. Dat betekent echter niet dat we dan ook al kunnen spreken van een hoogbegaafde kleuter. Vaak worden er een aantal gesprekken gevoerd met ouders, ib-er en evt. een orthopedagoog. Soms is een IQ test in combinatie met een test rond sociaal-emotionele ontwikkeling wenselijk. Toch zijn we met dat laatste voorzichtig:
-
Op deze jonge leeftijd verloopt de ontwikkeling nog heel sprongsgewijs. Een kind kan ons in zijn totale ontwikkeling nu opvallen en dan blijkt na een half jaar dat de leerling een enorme sprong vooruit heeft gemaakt of juist een poosje stilgestaan heeft in ontwikkeling. Dit is iets wat bij veel kleuters gebruikelijk is. Pas vanaf ongeveer 7 jaar is een meer geleidelijke ontwikkeling te zien.
-
Scores op een IQ- test zijn onder de 6 jaar minder voorspellend voor de cognitieve ontwikkeling op langere termijn. De test zal dan op latere leeftijd moeten worden herhaald voor een meer betrouwbaar beeld dat beter kan benaderen wat de verstandelijke vermogens zijn van het kind.
Conclusie:
-
Men spreekt van “mogelijk hoogbegaafd” als de kleuter zich met een voorsprong blijft ontwikkelen. Dit noemen we een “ontwikkelingsvoorsprong” i.p.v. hoogbegaafd.
Uitdaging voor kind en leerkracht!
Ook al kunnen we dan nog niet spreken van hoogbegaafdheid bij kleuters, toch zijn er kinderen die uitdaging nodig hebben, omdat ze een ontwikkelingsvoorsprong hebben en daardoor behoefte hebben aan goede, afgestemde begeleiding.
In het voorjaar 2015 gaan we met de leer- en persoonseigenschappen en begeleidingsmogelijkheden aan de slag in de basiscursus hoogbegaafdheid. Dat is voor jou als ib-er en voor leerkrachten een mooie uitdaging! Klik
hier voor meer informatie over de basiscursus hoogbegaafdheid.